Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen stond zij op, en neigde zich met het aangezicht ter aarde, en [71]zij zeide: Ziet, uw dienstmaagd zij tot een dienares, [72]om de voeten der knechten mijns heren te wassen. 71. Te weten, tot David, alhoewel afwezig, begerende dat zijn boden hem deze haar woorden zouden te kennen geven, en David in haar naam boodschappen. 72. Dat is, om den allergeringsten en nederigsten dienst te doen.